Skip to main content

Nog iedere dag slaan er Syriërs op de vlucht 

''We hadden een mooi huis in Syrië”, vertelt Faya, die nu al maanden met haar familie in een kamp in Irak woont.  “Maar we leefden in angst. Nu zijn we veilig. En dat is me alles waard.”

Doneer nu

Syriërs nog steeds niet veilig

‘Wij zijn alles kwijt. Maar opgelucht’

Elf jaar na het begin van de crisis slaan nog iedere dag Syriërs op de vlucht. Hoe kan dat? En wat doet ZOA om hen te helpen? Joël Voordewind bezocht recentelijk een Syrisch vluchtelingenkamp in Irak, waar ZOA werkt. “De opluchting overheerst”, concludeert hij.

“Deze tent is mijn veilige villa.” Bijna trots laat Faya* haar tijdelijke onderkomen zien: een witte tent in vluchtelingenkamp Bardarash in Irak. Al maanden inmiddels, woont ze met haar hele familie van achttien personen in dit kamp vlakbij de Syrische grens. Elf jaar na het begin van de crisis in Syrië werd ook voor hen de situatie daar onhoudbaar.

“We hadden een mooi huis in Syrië”, vertelt Faya. “We hebben alles verkocht om de mensensmokkelaars voor ons allemaal te kunnen betalen. Nu zitten we hier in een tent. We zijn alles kwijt. Maar ik voel me veilig. En dat heb ik tien keer liever dan de angst waarin we leefden.” 

Dankbaar 

Faya en haar familie behoren tot de 6,7 miljoen Syriërs die hun land ontvluchtten. De meesten van hen worden opgevangen in buurlanden, waaronder Irak. En goed ook, zegt Faya stellig. “We zijn zo dankbaar voor alles wat we hier krijgen.” De VN-Vluchtelingenorganisatie heeft tenten beschikbaar gesteld; ZOA voorziet in andere basisbehoeften voor de bijna 4500 mensen in het kamp. Zo zorgt ZOA voor toiletten in het kamp en keukengerei in de tenten. “We kregen ook een kacheltje van ZOA met brandstof”, vertelt Faya. “Dat was heel fijn toen het sneeuwde. Zo konden we ons redelijk warm houden in de tent.”

Bombardementen

Met nog eens 6,9 miljoen Syriërs ontheemd in eigen land komt de teller – begin 2022 – op ruim 13 miljoen vluchtelingen. Daarmee is de Syrische vluchtelingencrisis de grootste ter wereld. Toen het geweld in Syrië in 2011 escaleerde, sloegen de eerste duizenden mensen op de vlucht. Van 2014 tot 2017 hield Islamitische Staat het land in greep van gruwelijke terreur. Sinds 2019 zijn het vooral de verwoestende Turkse bombardementen die mensen op de vlucht doen slaan.

“Het land ligt in puin”, zegt Joël. “Mensen zien er geen toekomst meer.” Zo ook Ahmad, die gewond raakte bij een raketinslag. In allerijl probeerde hij met zijn gezin weg te komen – opgelapt en gespalkt. “We moesten alles verkopen om de mensensmokkelaars te kunnen betalen”, vertelt hij aan Joël, in het vluchtelingenkamp in Irak. “Maar dat ging twee keer mis. We werden helemaal niet de grens over gebracht.”

Veel Syriërs hebben alleen een identiteitsbewijs, licht Joël toe. “Het is moeilijk om een paspoort te krijgen, laat staan als je snel wilt vluchten. Veel Syriërs zijn daarom overgeleverd aan criminele mensensmokkelaars, die niet te vertrouwen zijn.” In de hoop toch in veiligheid te komen, leende Ahmad geld voor een derde poging. “Verschrikkelijk vond ik dat”, vertelt hij. “Het was een zware reis. Maar we zijn heel dankbaar dat het uiteindelijk toch gelukt is.”

Ontsnapt aan dienstplicht

Naast families op de vlucht voor geweld, ontmoet Joël in het kamp ook jonge jongens, moederziel alleen. Zoals Memmed van zeventien. Zijn broers waren eerder al gevlucht; zijn ouders zijn nog in Syrië. Ook hij is dolblij met de veiligheid, nu hij de grens is gepasseerd. Net voor zijn achttiende verjaardag moést hij wel zijn land uit, om te voorkomen dat hij in het regeringsleger tegen zijn eigen Koerdische volk zou moeten vechten.

Terugkeren, of blijven?

In delen van Syrië waar het relatief rustig is, proberen mensen hun leven weer op te bouwen. Soms tegen beter weten in. Hun huizen zijn vernield; hun bezittingen verdwenen. Ze kampen met een gebrek aan eten, maar ook met psychische nood. En kinderen met leerachterstanden. ZOA is er ook voor hen. Met goed voedsel, warme dekens, kleding en schoenen. Met materialen om huizen beter te verwarmen. Met schoolspullen, opgeknapte klaslokalen en deskundige psychosociale hulp voor kinderen en ouders om hun trauma’s te kunnen verwerken.

Voor Faya en haar familie zit terugkeer naar Syrië er voorlopig niet in. Ze hopen een werkvergunning in Irak te krijgen. “In Syrië is geen toekomst meer voor ons”, zegt ze. Er zijn zoveel Syrische families als die van Faya, zegt Joël. “Ze hadden een baan, vee, waren welgesteld. Nu zijn ze overgeleverd aan de bedelstand. En toch, de opluchting overheerst. Ze zijn veilig. Uiteindelijk is dat het belangrijkste voor iedereen.”

* Faya is niet haar echte naam, we gebruiken vanwege haar veiligheid een pseudoniem.

Hoe wanhopig moet je zijn om alles achter je te laten. Op weg naar onzekerheid, in de hoop dat vluchten veiliger is dan blijven. Na elf jaar crisis zijn we Syrië niet vergeten. We zijn er voor Faya en haar familie. Met jouw steun bieden we hen noodhulp zoals hygiënepakketten, voeding en onderdak.

Geef uit je hart voor mensen op de vlucht